Brief 5 aan Vincent van Gogh
Beste Vincent,
ik heb twee jaar lang aan een serie gewerkt, Vrouwen en Fruit. Dat was een geweldige uitdaging, een ontdekkingsreis door materiaal en beeld en dit heeft mij veel gebracht. Ik heb mijn werk naar een hoger plan weten te tillen in deze serie en ik ben er dan ook heel tevreden mee. Na deze serie ontstond er een soort vacuüm. Welke kant wil ik in hemelsnaam op?? En om het maar even in academie termen te zeggen: welk verhaal wil ik eigenlijk vertellen? Een grote lege vlakte aan mogelijkheden lag voor me.
In mijn vorige brief schreef ik over exposeren. Het overzicht van mijn werk op zo’n expositie kan heel motiverend werken. Het hangt er wel van af wat ik exposeer. In mijn laatste expositie zag ik een tendens in mijn werk die mij niet geheel aanstond. Ik vond het te ‘slap’. Ik zag een overeenkomst in kleur en een onderzoek naar het onderwerp erotiek maar m.i. toch te onuitgesproken! (ik maakte deze vergelijking met de serie Vrouwen en Fruit)
Wederom in een gesprek, dit keer met mijn lief, zag ik in dat het afgelopen jaar een onderzoeksfase was. En als ik daar in zit moet ik mezelf dwingen om niet gelijk op zoek te gaan naar een eindresultaat. Want dat wil ik maar al te graag. Iets wat ik kan laten zien, iets wat betekenis heeft, iets dat verwonderd of verbaast. Want dat wil ik als kunstenaar; een open blik creëeren bij de toeschouwer! Maar dat zal ik in een andere brief uitgebreider beschrijven, anders dwaal ik teveel af.
Het proces en het onderzoek is zo belangrijk. Ik roep herhaaldelijk tegen mijn cursisten dat onderzoek naar materiaal, vorm, compositie, voorkeuren, onderwerpen etc. tijd kost! Dat ze hun lat niet zo hoog moeten leggen. En waarom doe ik dat zelf dan wel? Soms snap ik mezelf en mijn gedachtegangen niet zo goed…. Dat herken jij vast wel. Hoort dat bij het kunstenaarsbestaan?
Groeten, Yette