Brief 1 aan Vincent van Gogh
Nijmegen, 18 november 2014
Beste Vincent,
Ik steek maar gelijk van wal. Ik wil niet ingaan op je geschiedenis, de brieven die je schreef en het verschil met de tijd waarin ik leef. Dat is wel duidelijk.
Ik schrijf je omdat je een kunstenaar bent en omdat je veel schreef. Je schreef vele brieven aan je broer. Ik wil ook graag brieven aan iemand schrijven over mijzelf, mijn kunstenaarsbestaan en wat ik daarin tegen kom. Ik wist alleen niet aan wie ze te richten. Ik heb geen broer. Daarom kies ik jou. Jij hebt vast een luisterend oor. Of is die opmerking te flauw voor woorden?
Over woorden gesproken. Ik zie schrijven, het formuleren van woorden, als een kunstvorm. Ik lees veel en ik heb vrienden die schrijven en de kunst daarvan beheersen. In schrijven heb je vele vormen. Niet alle vormen spreken mij aan en ik beheers ze al helemaal niet!
Als ik schrijven vergelijk met mijn werk dan zou ik eerst vele schetsen maken. Ik zou uitzoeken wat mijn stijl is, waar mijn voorkeur naar uit gaat. Welke kleuren vind ik mooi, welke lijnen wil ik waar? Hoe bouw ik het beeld op? Hoe versterk ik de compositie?
Deze brief aan jou ‘online’ zetten voelt als het tonen van een van mijn eerste schetsen. Open en bloot een van de eerste stappen zetten in een proces. Kleine krabbels op een wit vel die eigenlijk bestemd zijn als geheugensteuntje; zo wil ik dat het er ongeveer uit gaat zien. En bij deze zie jij de eerste schetsen.
Begrijp je wat ik bedoel?
Hartelijke groet,
Yette
p.s. je brieven zijn zo prachtig om te zien!